Konijnenstreken

Sinds ik vertaler ben, dwalen mijn hersenen vaak af bij woorden. Tijdens het vertalen is dat goed, want zo kom je op synoniemen en op goede vondsten voor de tekst waarmee je bezig bent. Maar soms gaat dat dus ook door in het weekend…deze blog gaat over zo’n afdwaalmoment.

Zondagochtend: op mijn gemak lees ik de krant. Mijn oog valt op een advertentie van een konijnenopvang. Mijn hersenen gaan aan de slag met het woord ‘konijn’ – eigenlijk lijkt dat veel op de namen die de andere grote West-Europese talen aan het diertje geven, bedenk ik me. Zo heet het beestje bijvoorbeeld in het Spaans ‘conejo’, in het Duits ‘kanninchen’ en in het Italiaans ‘coniglio’. Pak je er echter het Engels en het Frans bij, dan heet onze vriendelijke langoor opeens respectievelijk ‘rabbit’ en ‘lapin’. Da’s toch gek. Je zou namelijk verwachten dat het in die twee talen toch ook iets met een k-klank is. De andere woorden beginnen hier tenslotte ook mee en lijken dezelfde, Latijnse, oorsprong te hebben.

Dus wat er is gebeurd dat zowél de Fransen als de Engelsen besloten een ander woord te gaan gebruiken? In één zin: de Slag bij Hastings en schunnige bijbetekenissen.

Bij de Slag bij Hastings in 1066 veroverden de Normandiërs Groot-Brittannië en brachten hun taal, het Frans, mee naar het eiland. Zij noemden het konijn ‘connil’ of ‘conin’. Vervolgens namen de Engelsen dit woord over en veranderden het een beetje: in de middeleeuwen tot ruwweg de negentiende eeuw hadden zij het over een ‘coney’ als ze een konijn bedoelden. ‘Coney’ werd uitgesproken als ‘kannie’, wat in uitspraak erg leek op ‘cunny’, een schunnig woord voor het vrouwelijk geslachtsorgaan. Om toch meer onderscheid tussen de woorden te krijgen, veranderde de uitspraak naar ‘koonie’. Ik vermoed dat de associatie met de punani toch is blijven bestaan, want onder druk van de, in ieder geval naar de buitenwereld toe, zeer preutse Victorianen in de negentiende eeuw, won ‘rabbit’ het toch definitief van ‘coney’. De huidige naam ‘rabbit’ betekende oorspronkelijk ‘jong konijntje’, maar die betekenis is nu geheel verloren. Overigens heten jonge konijntjes nu in het Engels ‘kitten’.

Eenzelfde ontwikkeling is te zien in de Franse taal, want ook daar kreeg ‘connil’/’conin’ dezelfde bijbetekenis van vulva: deze woorden leken in uitspraak een beetje op ‘con’, dat een platte benaming was voor het vrouwelijk geslachtsdeel. Maar hoe ze dan aan het woord ‘lapin’ komen, dat lijken de Fransen zelf ook niet zo goed te weten. Wat ze in ieder geval wel weten, is dat het woord komt van ‘lap’, dat een vervorming is van het woord ‘clapier’, ofwel ‘konijnenhok’, maar daar houdt het wel zo’n beetje mee op.

Je zou natuurlijk kunnen gaan speculeren en zeggen dat niet alleen het woord ‘connil’/’conin’ zelf, maar ook de schunnige bijbetekenis in het Frans door de Normandiërs meegenomen is naar Engeland, en gezien bovenstaand verhaal lijkt dat ook logisch. Toch heb ik er geen onomstotelijk bewijs voor gevonden. Feit blijft echter wel dat ‘rabbit’ en ‘lapin’ vreemde eenden in de bijt die West-Europese talen heet blijven.

Bronnen:

This entry was posted in Blog 2015. Bookmark the permalink.